Waarschijnlijk heeft u er al iets over gelezen: vanaf 2022 wordt de bekostiging in het VO vereenvoudigd. Later zal dit ook in het PO gebeuren. Dit heeft voor uw organisatie ook de nodige gevolgen, zeker als u gebruik maakt van management informatie systemen die op basis van de bekende regelgeving de bekostiging berekent. De vereenvoudigde bekostiging houdt in dat de bekende personele en materiële bekostiging vervangen worden door een nieuwe, uniforme bekostiging, zonder onderscheid in personele en materiële componenten.
In de huidige systematiek is de bekostiging van een aantal factoren afhankelijk: de schoolsoort, het leerjaar en de opleiding van de leerling en ook de bijbehorende vaste bedragen zijn van factoren afhankelijk. Dit maakt het huidige systeem van bekostigen onduidelijk en niet transparant. Het geval kan zich voordoen dat een leerling bij de ene school meer bekostiging oplevert dan bij een andere school.
In de nieuwe systematiek bestaat de bekostiging uit de volgende componenten (de exacte bedragen zullen in de 2e helft van 2021 bekend worden gemaakt):
Om de overgang van de oude naar de nieuwe regeling soepeler te laten verlopen komen er 2 tijdelijke compensatieregelingen. De eerste geldt voor alle besturen: zij zullen voor het verschil tussen de bekostiging volgens de oude en nieuwe regeling een compensatie ontvangen, respectievelijk betalen gedurende de eerste 4 jaren. Deze compensatie loopt van 80% van het verschil in het eerste jaar terug via 60% en 40% naar 20% in het 4e jaar.
De tweede compensatieregeling geldt voor scholen/besturen die door de nieuwe bekostiging er meer dan 3% op achteruit gaat t.o.v. de oude regeling. Zij zullen de helft van het verschil boven die 3% tussen de oude en nieuwe bekostiging ontvangen gedurende 4 jaar en daarna nog 1 jaar 25% van het verschil. Een school die dus 5% achteruit gaat, krijgt 4 jaar lang 1% via deze regeling gecompenseerd en daarna nog 1 jaar 0,5%.