Noodgedwongen zijn woningcorporaties vanaf 2015 heel erg gefocust geweest op hard controls. Dat was ook niet zo gek. Wet- en regelgeving duwde in die richting. Ironisch genoeg waren het juist houding en gedrag (soft controls) waardoor er werd gegrepen naar striktere regelgeving (hard controls). Die regelgeving was dan ook erg gericht op de top van de organisatie (statuten en reglementen) en de inrichting van finance & control en gaf veel voorzetten voor beheersingsmaatregelen en instrumentarium aan de harde kant.
Inmiddels ligt er alweer een nieuwe versie van de Woningwet (2022) en is het stof wel neergedaald. Dat betekent dat er ook weer meer aandacht komt voor andere zaken, zoals de soft controls. Aan de ene kant komt dat, omdat er vanuit de externe accountantscontrole en toezichthouders meer aandacht voor is. Maar aan de andere kant ook, omdat duidelijk wordt dat met hard controls alleen, een organisatie niet beheersbaar is.
Waar hebben we het over?
Als management van een organisatie probeer je met beheersingsinstrumenten te sturen op het bereiken van de (strategische) organisatie doelstellingen. Daarmee wordt tegelijkertijd ook geprobeerd het gedrag van de medewerkers te beïnvloeden.
Die beheersingsmaatregelen kunnen ruwweg worden onderverdeeld in de hard controls (instrumentele beheersinstrumenten) en de soft controls (mensgerichte beheersinstrumenten).
Hard controls (tastbaar) |
Soft controls (niet-tastbaar) |
Systemen | Kennis |
Structuren | Ervaring |
Software | Vaardigheden |
Procedures | Competentie(s) |
Protocollen | Bekwaamheid |
Plannen | Houding |
Checklisten | Gedrag |