Sinds medio 2019 ontbraken vanuit privacy-overwegingen de oordeelsbrieven van de AW op haar website. Op 10 december jl. heeft de AW – inmiddels op een AVG-veilige wijze – al weer 13 oordeelsbrieven gepubliceerd. Het kan geen kwaad om de rapportages over vergelijkbare woningcorporaties door te nemen. Ga vervolgens na welke actiepunten er voor u nog uit te voeren zijn. (bron: ilent)
Vanaf 2019 ontvangt de woningcorporatie alleen nog een beoordeling over de onderwerpen uit het gezamenlijk beoordelingskader Aw-WSW die op dat moment onderzocht zijn. Het gezamenlijk beoordelingskader kent een risicogerichte aanpak. Elke corporatie krijgt jaarlijks een basisbeoordeling. Als er op basis van de beschikbare informatie geen aanleiding is voor verdiepend onderzoek zal de oordeelsbrief dit vermelden. Welke lijn kunnen we lezen vanuit deze 13 rapportages en welke actiepunten kunnen woningcorporaties hieraan ontlenen?
De oordeelsbrieven 2019 hebben een vaste structuur. Na de uitleg en conclusie over de jaarlijkse basisbeoordeling volgen drie vaste rubrieken:
In de meeste gevallen is dit een kort rapportonderdeel. Het WSW heeft de meeste interesse in de financiële continuïteit en de AW maakt gebruik van deze bevindingen. Als er zorgen zijn over de kengetallen (ICR, LTV of solvabiliteit), staan deze in de oordeelsbrief vermeld en wordt gevraagd om aanvullende informatie.
De omvang van dit onderdeel hangt mede af van het feit, of er recent een governance inspectie bij deze corporatie heeft plaatsgevonden. Wanneer dit het geval was, worden de bevindingen op hoofdlijnen vermeld. Zo wordt gemeld, of de AW ervaren heeft of er voldoende tegenkracht was in de gesprekken met de RvC en met het bestuur. De AW heeft in juni 2019 aangegeven, dat bij volgende governance inspecties ook met de controller wordt gesproken.
Zo nodig neemt de AW in dit onderdeel ook de bevindingen van de opzet van de besturing en van het intern toezicht op. Het komt voor, dat de AW dan ingaat op adviezen die door de accountant in de managementletter zijn gegeven.
Dit is in veel gevallen het meest uitgebreide onderdeel van de oordeelsbrief. Afhankelijk van wat door de AW is geconstateerd, worden opmerkingen gemaakt over de Beheerslasten (gebruik makend van de Aedes-benchmark), de Managementletter van de accountant en de voorspelbaarheid en kwaliteit van de data (dPi, dVi).
Vast onderdeel in deze paragraaf is het risicomanagement. De AW noemt welke ontwikkelingen door de woningcorporatie gemaakt zijn en vraagt in bepaalde gevallen om documenten waaruit kan blijken dat nieuwe stappen zijn gemaakt (zoals een recente managementletter). De AW geeft in december ook al een beoordeling van het risicomanagement (hoog, midden en laag). In de brieven naar aanleiding van de meest recent uitgevoerde onderzoeken rapporteert de AW scherper over de kwaliteit van het risicomanagement. Zo wordt o.a. opgemerkt, hoe de risico’s en beheersmaatregelen in de bedrijfsprocessen zijn opgenomen.
In de nu gepubliceerde oordeelsbrieven 2019 is de lijn, dat de AW steeds explicieter schrijft over de toepassing van risicomanagement binnen de woningcorporatie. Het is goed om hier – waar mogelijk – nog stappen in te nemen.